Genesis: Schepping en zondeval
- Weest Voorbijgangers
- 19 mrt
- 6 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 24 mrt
In de gnostieke traditie wordt het Bijbelse scheppingsverhaal en de daaropvolgende zondeval van Adam en Eva in Genesis 1:1 en Genesis 3 niet alleen als letterlijke gebeurtenissen gezien, maar eerder als diepgaande symbolen die verwijzen naar de spirituele reis van de ziel en haar bevrijding van de materiële wereld. In plaats van de klassieke christelijke interpretatie, waarin God de schepper is en de zondeval als de menselijke misdaad wordt gezien, presenteren gnostici een alternatieve visie waarin de nadruk ligt op kennis (gnosis) als de sleutel tot bevrijding, en waarin de Demiurg, de schepper van de fysieke wereld, wordt gezien als een lagere god die de ziel gevangen houdt in de materie.
Laten we de gnostieke visieĀ op het scheppingsverhaal en de zondeval in meer detail onderzoeken, inclusief relevante bijbelreferentiesĀ en gnostieke teksten.
Genesis 1:1 en de gnostieke visie op de schepping
De vers in Genesis 1:1 luidt: "In het begin schiep God de hemel en de aarde." Dit wordt traditioneel begrepen als het begin van alles, waar God de wereld van niets schiep. In de gnostieke traditie wordt dit vaak anders geïnterpreteerd, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de hoogste God (de bron van alles wat is) en de Demiurg, de schepper van de materiële wereld.
De Demiurg: Schepper van de materiƫle wereld
In gnostieke teksten, zoals de "Apocriefen van Johannes"Ā en de "Tripartiete Tractaat", wordt de DemiurgĀ beschreven als de schepper van de fysieke wereld, maar met een fundamentele onwetendheid over de hogere spirituele werkelijkheid. De Demiurg wordt vaak gezien als een blinde, arrogante god die zichzelf als de hoogste macht beschouwt, maar die niet weet van de PleromaĀ (de spirituele volheid of het goddelijke rijk).
Apocriefen van Johannes (1.5-1.6): In deze gnostieke tekst wordt de Demiurg beschreven als een arrogant wezen dat zonder de kennis van het hogere goddelijke de materiƫle wereld creƫert en bevolkt. De Demiurg denkt dat hij de enige god is, maar zijn werk is imperfectionistisch en gebroken, wat fundamenteel buiten het rijk staat van de pure ongerepte goddelijke bron, de Pleroma.
De DemiurgĀ wordt vaak geassocieerd met de god van het Oude Testament, Jahweh, maar in gnostieke kringen wordt hij gezien als een negatieve, beperkende kracht die de menselijke ziel gevangen houdt in de materie.
De Pleroma: Het rijk van het licht en de ware God
De Pleroma is de realiteit van het spirituele licht en het hogere transcendente goddelijke die de gnostici als hun werkelijke thuis beschouwen. De hoogste God, die in gnostieke termen vaak Ein Sof of de Onbenoembare wordt genoemd, is volledig transcendent en ligt buiten het bereik van de materiële wereld. De schepping van de wereld door de Demiurg wordt gezien als een "val" van de spirituele eenheid, waarbij de lagere dimensie van de materie ontstaat.
De gnostieke Apocriefen van Johannes beschrijft hoe de hoogste God de uitdrukking van zichzelf (vaak beschreven als Sophia, de wijsheid) uitzendt om de Demiurg te corrigeren. Het idee is dat de Demiurg, zonder bewustzijn van de hogere werkelijkheid, zichzelf en zijn wereld schept, wat leidt tot de scheiding tussen het spirituele en het materiële rijk.
Adam en Eva in gnostieke traditie: De zondeval als bewustwording
In de orthodoxe christelijke traditie wordt de zondeval van Adam en EvaĀ gezien als een morele overtreding: de ongehoorzaamheid van de mens aan God, die hen straft door hen uit de tuin van Eden te verdrijven. In de gnostieke visie is de zondeval echter geen zonden in de traditionele zin, maar eerder een proces van ontwakenĀ naar het hogere bewustzijn.
Adam en Eva als symbolen van de ziel
In de gnostieke traditie worden Adam en Eva niet enkel gezien als de eerste mensen, maar als symbolen van de menselijke ziel die gevangen is in de materiële wereld, geschapen door de Demiurg. In veel gnostieke teksten, zoals de "Apocriefen van Johannes" (1.7), wordt Adam gezien als een geestelijke entiteit die oorspronkelijk uit de Pleroma komt, maar die wordt gevangen in de materie door de schepping van de Demiurg.
Apocriefen van Johannes (1.7): Hier wordt uitgelegd dat Adam en Eva een "blinde" staat van onwetendheid vertonen, en hun eerste taak is om het licht van de kennis (gnosis) te ontvangen die hen in staat stelt de waarheid te zien over hun spirituele aard en hun gevangenis in de materie.
De zondeval van Adam en EvaĀ wordt dus niet als een strafbare overtreding gezien, maar als een proces van spirituele bewustwording. Ze krijgen kennis van hun ware spirituele aard, en door deze kennis kunnen ze ontsnappen aan de macht van de Demiurg. Dit reflecteert het gnostieke idee dat de mens in wezen een goddelijk wezen is dat zijn ware kennis moet terugvinden.
De slang als Christus: Brenger van kennis
In de klassieke christelijke uitleg wordt de slang in Genesis 3 vaak gezien als een instrument van Satan, die Eva verleidt om van de verboden vrucht te eten. In de gnostieke visie wordt de slang echter vaak gezien als een symbool van Christus, niet in de traditionele christelijke zin, maar als de brenger van kennis die de mens bevrijdt van de illusies van de materiële wereld.
In de Apocriefen van JohannesĀ wordt de slang juist geprezen als een figuur die de mensen leidt naar kennis (gnosis), een kennis die hen bevrijdt van de duisternis van de materie en hen helpt de ware geestelijke natuur van de ziel te begrijpen. De slang biedt aan EvaĀ de vrucht van de boom van kennis, wat een symbool is van het verkrijgen van esoterische kennis die de mens in staat stelt de wereld van de Demiurg te overstijgen.
De slang wordt gezien als ChristusĀ die de mensheid helpt ontsnappen aan de machtsstructuur van de Demiurg. Dit is te zien in teksten zoals de "Evangelie van de Waarheid"Ā (Evangelie van de Waarheid, 2), waar Christus wordt gepresenteerd als degene die de mens bevrijdt door hen kennisĀ te brengen, wat hen in staat stelt om te ontwaken uit hun onwetendheid.
De slang en de boom van kennis
In gnostieke teksten is de boom van kennisĀ een symbool van de onthulling van verborgen kennis (gnosis), en het eten van de vrucht symboliseert het moment van spirituele verlichting. De vrucht die door de slang wordt aangeboden, is niet de "zonde" in de gnostieke zin, maar de toegang tot een hoger bewustzijn, dat noodzakelijk is om de gevangenis van de materie te verlaten.
Evangelie van de Waarheid: In deze tekst wordt kennis geprezen als het licht dat de duisternis verdrijft. Dit idee komt overeen met de gnostieke overtuiging dat verlichting komt door het verkrijgen van kennis, niet door geloof of gehoorzaamheid aan een scheppende god. De slang is dus een symbool van de Christusfiguur, die de mens bevrijdt door hen de waarheid van hun spirituele natuur te onthullen.
De zondeval: Geen straf, maar een bevrijding
In de gnostieke leer wordt de zondeval dus niet gezien als een morele misdaad, maar als een symbolisch moment van bewustwording en verlichting. Adam en Eva krijgen kennis van hun ware goddelijke natuur en de onwetendheid waarin ze gevangen zaten. Dit proces van ontwaking stelt hen in staat om de illusie van de materiële wereld te doorzien en de macht van de Demiurg te overstijgen.
In de gnostiek is het doel niet de terugkeer naar een verloren paradijsĀ zoals in de orthodoxe leer, maar eerder het terugkeren naar de PleromaĀ ā het goddelijke rijk van licht en kennis. De slang, Christus, helpt de mensen door hen de toegang te geven tot deze verborgen kennis, waarmee ze de duisternis van de materie kunnen ontwijken en hun spirituele bestemming kunnen bereiken.
Conclusie
In de gnostieke visie is Genesis 1:1 de schepping van een materiële wereld die door de Demiurg werd gecreëerd, niet als een goede daad, maar als een resultaat van onwetendheid. Adam en Eva zijn symbolen van de menselijke ziel die gevangen is in de materie. De zondeval is in deze visie geen morele overtreding, maar het moment waarop de menselijke ziel zich bewust wordt van haar ware spirituele aard. De slang wordt niet gezien als de verleidende duivel, maar als Christus, de Brenger van Kennis, die de mens bevrijdt van de onwetendheid van de Demiurg. Door kennis (gnosis) te verkrijgen, kunnen de mensen ontwaken uit hun materiële gevangenschap en terugkeren naar de spirituele volheid van de Pleroma.
