top of page

Jezus: De duivel heeft vele gezichten

  • Foto van schrijver: Weest Voorbijgangers
    Weest Voorbijgangers
  • 22 mrt
  • 5 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 24 mrt

In het Nieuwe Testament wordt de duivel vaak afgebeeld als een tegenstander van God, die probeert mensen te verleiden en hen van hun spirituele pad af te leiden. Het begrip van de duivel is echter niet uniform en wordt sterk beïnvloed door de culturele en theologische context van de tijd. In gnostische en esoterische tradities krijgt de duivel echter een meer symbolische en innerlijke betekenis. In plaats van een externe demonische kracht, wordt de duivel vaak gezien als een personificatie van de innerlijke afdwaling, egoïstische verlangens, en de illusies die de ziel gevangen houden in de materiële wereld. Dit biedt een dieper, mystiek inzicht in de teksten van het Nieuwe Testament.


Laten we de betekenis van de duivel in de uitspraken van JezusĀ en hoe deze gnostisch en esoterisch kunnen worden geĆÆnterpreteerd, verkennen.


1. De duivel in het nieuwe testament: De letterlijke betekenis

In het Nieuwe TestamentĀ komt de duivel vaak voor als een verpersoonlijking van kwaad en verleiding, die probeert mensen te laten zondigen en hen af te leiden van de ware weg naar God.


De duivelĀ wordt in veel gevallen geĆÆdentificeerd met Satan, die in de Joodse en christelijke tradities een tegenstander is van de goddelijke orde en de vertegenwoordiger van zonde en verderf.


In de evangeliën is de duivel te vinden in verschillende scènes:


  • De verzoeking van Jezus in de woestijnĀ (Mattheüs 4:1-11): De duivel probeert Jezus te verleiden met materiĆ«le en wereldse beloften, maar Jezus verwerpt deze verleidingen en blijft trouw aan zijn spirituele missie.


  • De confrontatie met de FarizeeĆ«nĀ (Mattheüs 12:24-29): Jezus wordt beschuldigd van samenwerking met de duivel, maar hij wijst dit af door te zeggen dat een koninkrijk dat verdeeld is, niet stand kan houden.


  • De rol van de duivel in de zonden: Jezus spreekt over de duivel als de vader van leugensĀ (Johannes 8:44) en de bron van het kwaad dat mensen tot zonde verleidt.


2. De duivel als symboliek in de gnostiek

In gnostische tradities wordt de duivel vaak niet gezien als een letterlijk demonisch wezen, maar als een symbool van de illusies die de ziel gevangen houden in de materiële wereld. De gnosis (kennis) die in gnostische tradities centraal staat, benadrukt dat de materiële wereld en haar verlangens een illusie zijn, een afleiding die de ziel van haar ware goddelijke aard afhoudt.


De duivel in gnostische termen kan worden opgevat als de "Demiurg", een lagere godheid of entiteit die de materiële wereld heeft gecreëerd en de ziel vasthoudt in de zonden van de fysieke realiteit. De Demiurg wordt vaak gezien als een soort valse god die de menselijke ziel verhindert om de ware, spirituele werkelijkheid te ervaren, die verder gaat dan de materiële wereld.


De duivel als de materiƫle wereld


Volgens de gnostiek is de materiĆ«le wereldĀ de gevangenis van de ziel. De duivelĀ symboliseert alles wat de ziel ervan weerhoudt om de waarheidĀ te begrijpen — namelijk dat de ziel een goddelijke essentie is die moet ontwaken uit de illusie van de materie. Deze wereld wordt gezien als de creatie van de Demiurg, die de mensen afleidt van hun ware, goddelijke aard door verlangens, gehechtheden en wereldse verleidingen.


In dit licht wordt de verzoeking van Jezus in de woestijn (Mattheüs 4) gezien als een symbolisch proces waarbij Jezus de verleidingen van de wereld, zoals macht, rijkdom en bekendheid, verwerpt. De duivel vertegenwoordigt hier de materiële verlangens die de ziel van haar goddelijke bestemming kunnen afleiden. Het afwijzen van de verleiding is een symbolisch moment van spirituele overwinning over de valse realiteit die de ziel vasthoudt in de materie.


3. De duivel als het ego en verlangens


In esoterische traditiesĀ wordt de duivelĀ vaak geassocieerd met het ego — het idee van de afgescheiden zelf dat zichzelf in de wereld verwerft door verlangens, gehechtheden en negatieve emoties. Het ego is de innerlijke kracht die ons gevangen houdt in de illusie van afgescheidenheid van het goddelijke.


Jezus’ uitspraken over de duivel kunnen vanuit deze esoterische visie worden geĆÆnterpreteerd als waarschuwingen tegen het egoĀ en de illusiesĀ die het creĆ«ert. Het ego is in deze context de belangrijkste verleiding die de ziel tegenhoudt op haar pad naar spirituele verlichting. De verleiding in de woestijn kan dus gezien worden als een allegorie van de innerlijke strijd tegen het ego, dat de ziel probeert af te leiden van haar ware, goddelijke missie.


De duivelĀ als ego is een constante kracht die de ziel probeert te verstrikken in wereldse verlangensĀ en zelfzuchtige doelen, en het is pas wanneer de ziel de controle van het ego loslaat en zich overgeeft aan de hogere spirituele kennis dat ze bevrijd kan worden.


4. Jezus en de duivel: De overwinning op het kwaad


De overwinning van Jezus op de duivel in de woestijn (Mattheüs 4) kan worden gezien als een symbolische representatie van de overwinning van het goddelijke over het ego en de materiële verleidingen van de wereld. Jezus verwerpt de verleidingen die door de duivel worden aangeboden, zoals macht, rijkdom en wereldse roem, en kiest ervoor om trouw te blijven aan zijn goddelijke missie en innerlijke waarheid.


Jezus' afwijzing van de duivel is dan een manifestatie van het principe dat de ziel bevrijd kan worden van de ketenen van het ego, en alleen wanneer we het ego overstijgen en de spirituele waarheid omarmen, kunnen we ware vrijheid en verlichting bereiken. Dit is een essentieel element in de gnostischeĀ en esoterischeĀ tradities, waar het doel van spirituele oefening is om het ego te transcenderen en de ziel weer in contact te brengen met haar ware, goddelijke aard.


5. De duivel als de verleiding van valse kennis


In sommige gnostische teksten wordt de duivel ook gezien als een figuur die valse kennis biedt, een misleidende waarheid die de ziel verder van het goddelijke pad leidt. Deze valse kennis is geen echte gnostische wijsheid (gnosis), maar eerder een bedrieglijke wijsheid die voortkomt uit het ego en de materiële wereld.


Jezus waarschuwt in het Nieuwe Testament voor de verleidingen van valse leraren en valse profeten (Mattheüs 7:15-20), die de mensen proberen te misleiden. Vanuit een gnostisch perspectief kunnen deze valse leraren worden gezien als vertegenwoordigers van de valse kennis die de ziel afleidt van haar ware, goddelijke missie.


6. De duivel en de innerlijke bevrijding


De uiteindelijke overwinning op de duivel in gnostische en esoterische termen is niet de vernietiging van een externe demonische kracht, maar de overwinning van de innerlijke illusies die de ziel vasthouden in de materiële wereld. De gnosis, of de innerlijke kennis van het goddelijke, maakt het mogelijk om het ego en de verlangens te overstijgen en de ziel terug te brengen naar haar oorspronkelijke, goddelijke staat.


In het evangelie van Johannes wordt de duivel genoemd als de vader van leugens (Johannes 8:44), wat kan worden geïnterpreteerd als een verwijzing naar de valse overtuigingen en de illusies die voortkomen uit het ego. De ware waarheid, die Jezus vertegenwoordigt, is de kennis die de ziel bevrijdt van de leugens van de materiële wereld en haar in staat stelt om terug te keren naar de spirituele eenheid met God.


Conclusie


In gnostische en esoterische termen vertegenwoordigt de duivelĀ niet slechts een externe demonische kracht, maar ook de innerlijke illusies, het ego, en de verlangensĀ die de ziel gevangen houden in de materiĆ«le wereld. De duivel symboliseert alles wat de ziel afleidt van haar ware, goddelijke aard, zoals verlangens, egoĆÆstische motivaties en valse kennis. De verleiding van de duivel, zoals gezien in de verzoeking van Jezus, is een symbolische representatie van de strijd die de ziel moet aangaan om deze illusies te overwinnen en haar ware spirituele pad te volgen. Jezus’ overwinning op de duivel toont aan dat de ziel kan worden bevrijd van de verleidingen van het ego en de wereldse verlangens door de innerlijke kennisĀ (gnosis) van het goddelijke te omarmen en de waarheid van het goddelijke leven te realiseren.



©2025 Weest Voorbijgangers

bottom of page