top of page

Passioneel passief zijn: De passie die het ego niet kent

  • Foto van schrijver: Weest Voorbijgangers
    Weest Voorbijgangers
  • 11 apr
  • 3 minuten om te lezen

Passioneel passief – Een vergeten kracht van zijn


In een wereld die het hoogste goed lijkt te vinden in actie, vooruitgang, presteren en het ā€˜doen’, klinkt de term passioneel passiefĀ als een paradox, een tegenstrijdigheid die de moderne mens bijna instinctief wil corrigeren. Passie, zo denkt men, is vurigheid, begeerte, gedrevenheid – een kracht die je voortstuwt, die wil veroveren, behalen, overwinnen. En passiviteit? Dat roept beelden op van stilstand, van wachten, van niets doen – of erger, van zwakte en afhankelijkheid.


Maar wat als deze populaire opvattingen slechts oppervlakkige echo’s zijn van een veel diepere waarheid? Wat alsĀ passioneel passiefĀ zijnĀ juist wijst op een vorm van overgave die niet uit zwakte voortkomt, maar uit een diep, innerlijk weten? Een weten dat het ego overstijgt, en zich opent voor iets wat groter is dan ons kleine ik?


De passie die het ego niet verstaat


De passie van het ego is altijd gericht op iets. Het wil, het verlangt, het streeft – het leeft in hunkering en herkenning. Het zegt: Ik wil dit, want ik denk dat ik dĆ”t ben.Ā Het kent zichzelf slechts via de wereld, via contrast, via oordeel. Maar deze vorm van passie is gebonden aan voorwaarden. Ze kent angst, afwijzing, hoop en teleurstelling. Ze is grillig, vluchtig, eindig.


De passie van de ziel – dat wat we hier passioneel passiefĀ noemen – is van een heel andere aard. Het is een passie zonder gerichtheid, zonder object. Ze is niet iets dat doet, maar iets dat is. Ze ontstaat niet uit een tekort, maar uit een volheid. Niet uit verlangen, maar uit overgave. In deze passieve passie ligt een aanwezigheid die niet probeert te grijpen, maar volledig toestaat. Die niet kiest, maar alles verwelkomt. Het is een hartstocht die niet schreeuwt, maar fluistert: Ik Ben.


Voorbeelden van passioneel passief zijn


  • Maria bij de voeten van Jezus – In het bijbelverhaal zit Maria stil aan de voeten van Jezus, luisterend, terwijl haar zus Marta zich druk maakt met de voorbereiding. Jezus prijst niet de actie, maar de ontvankelijke aanwezigheidĀ van Maria. Dit is passioneel passief, een liefdevolle toewijding die niet handelt, maar volledig is.


  • De Boeddha onder de Bodhiboom – Hij ging niet op pad om verlichting te zoeken door meer te doen, maar zat stil. Hij liet alles toe, weerstond niets, veroordeelde niets. Zijn overgave was zijn kracht. Zijn passiviteit was de poort naar een universeel inzicht.


  • De mysticus in gebed of stilte – Niet om iets te krijgen, maar om te zijn. Het gebed zonder woorden, de stilte zonder doel, het luisteren zonder verwachting – dit is het terrein van de passionele passiviteit.


Het ego in defensie

Wanneer we spreken over deze passiviteit, merken we vaak weerstand – zowel in onszelf als in anderen. Dat komt omdat het ego, dat gebouwd is op controle en actie, zich bedreigd voelt door overgave. Overgave betekent immers het opgeven van het idee dat wij alles moeten sturen, bepalen of fixen. Het ego zegt: Als ik niets doe, dan gebeurt er niets.Ā Maar de ziel weet: Wanneer ik ophoud met doen, begint het zijn.

Daarom zal een ego dat deze staat van passioneel passief zijn ontmoet, vaak reageren met oordeel. Het ziet het als luiheid, als naïviteit, als gevaarlijke apathie. Maar in werkelijkheid is het ego hier getuige van iets dat het zelf niet kan bevatten: Een overgave die krachtiger is dan wilskracht, een penetratie die zachter én dieper gaat dan elke daad van beheersing.


De ware penetratie van het leven


Het woord penetratieĀ klinkt in onze taal vaak hard, actief, bijna agressief. Maar in spirituele zin bedoelen we hier iets totaal anders. Het gaat om een doordringing van het leven zelf – niet door geweld of verlangen, maar door absolute aanwezigheid.


De mens die passioneel passief is, stelt zich open voor het Goddelijke. Niet vanuit verlangen om God te begrijpen, maar door bereidheid om door God begrepen te worden. De Zelf – met een hoofdletter – komt naar voren wanneer het kleine ik niet langer probeert te besturen. Deze staat is geen afwezigheid van actie, maar een actie die voortkomt uit zijn. Ze is onvoorwaardelijk, ongericht, en zonder oordeel.


Tot slot – Een nieuwe invulling van passie


In deze context krijgt passie een nieuwe betekenis. Niet langer als de drang om het universum te beheersen, maar als de overgave om door het Al veranderd te worden. Niet als streven, maar als zijn. Niet als controle, maar als vertrouwen.


Om passioneel passiefĀ te zijn, is dan misschien wel de grootste daad van moed. Want het vraagt niet dat je iets doet – maar dat je alles loslaat. En daarin, juist daarin, kan je het Goddelijke ten diepste ontmoeten.


©2025 Weest Voorbijgangers

bottom of page